Uncategorized
DE GELUKKIGE OOIEVAAR DOOR WILCO KWERREVELD
Ooievaar en mens gaan al eeuwenlang samen, ooievaars begeven zich graag in een menselijke omgeving. Van nature leefden en broedden ooievaars in hoge bomen. Door een gelukkig toeval kozen ooievaars dezelfde habitat om in te nestelen als de mens om in te wonen. De mens en zijn bebouwde omgeving veroorzaakt warmte en dus opgaande lucht. De ooievaar maakt daar graag gebruik van bij het vliegend opstijgen.
Het broeden van ooievaars op daken met schoorstenen was vroeger een regelmatig voorkomend tafereel. Mensen waren daar blij mee, zij geloofde dat de ooievaar hen welgezind was en zagen het als geluk (de geluksbrenger). Wanneer de ooievaar er voor gekozen had om op jouw schoorsteen te broeden was je een jaar verzekerd van voorspoed, een goede oogst etc. Weer veel later is hieruit het verhaal ontstaan van de ooievaar en het brengen van een baby (de geluksdrager).
Nu nog steeds is het vrij algemeen om bij de geboorte van een kind de ooievaar als symbool van geluk in te zetten, dit zie je terug op geboortekaartjes met afbeelding of de ooievaar met babydraagzak voor het raam in het huis waar een kind geboren is.
Door het veranderen van de menselijke leefomgeving ging het snel bergafwaarts met de ooievaar. De bouw van huizen met moderne dakconstructies biedt geen plaats meer voor ooievaarsnesten. Rondom dorpen en steden veranderde het landschap. Er ontstonden minder drassige en waterrijke gronden door het aanbrengen van drainage. Hierdoor zijn veel voedselrijke gebieden verloren gegaan. Ook de intensive landbouw met gebruik van pesticiden kwam de ooievaar niet ten goede.
In 1969 werd er in Nederland vanuit Ooievaarsdorp Het Liesvelt een succesvol fokprogramma gestart. Het heeft nog zeker tien jaar geduurd, maar vanaf 1980 ging het langzaam beter met de ooievaars.
Langs snelwegen zie je nu steeds vaker groepen ooievaars op hoge lantarenpalen zitten. Ideaal vanwege het goede overzicht. Bij het opstijgen maakt de ooievaar handig gebruik van de opgewarmde lucht. De ooievaar voelt zich thuis in een menselijke omgeving, het zoekt die bewust op.
Hoe mooi gaat het worden?
Na 2021 wordt het rustiger op de A20 en rond het Kleinpolderplein. Het gebied tussen Kleinpolderplein en Terbregseplein is onderzoekslokatie voor andersoortig gebruik.
Wat kan een herinrichting van het Kleinpolderplein betekenen voor een gezamenlijk gebruik door mens en dier?
Het geluk dat de ooievaar met zich meebrengt kan ingezet worden in een visie op nieuwe stedelijke natuur rondom A20 en Kleinpolderplein. De ooievaar als initiator en indicator voor een veilige en voedselrijke omgeving die de biotoop vormt voor de vele dieren en planten, die op zijn beurt weer uitnodigt tot recreatief geluk.Is het mogelijk snelwegen te laten samengaan met natuurlijke, voedselrijke recreatiegebieden voor zowel mens als dier?
De ooievaar in Nederland: het geluk hangt in de lucht!
Leave a reply